Het grondgebied was zeer vroeg bewoond. Dat bewijzen de Romeinse en zelfs de prehistorische voorwerpen die er werden gevonden.

 

De parochie Zegelsem is zeer oud, zelfs één van de oudste van de streek. Zij werd gesticht in de achtste eeuw door de St.-Pietersabdij van Lobbes (nabij Thuin aan de Samber). De eerste patroonheilige was St. Petrus maar na de heiligverklaring van de bisschop van Lobbes kreeg de parochie deze laatste als nieuwe patroonheilige: Sint Ursmarus.

De naam Zegelsem komt van het Frankische woord “Singulfusheim”, d.i. “landgoed van de heer Singulfus”. De naam evolueerde later over “Singulfsem”, “Sigelshem”  en “Seghelsem” naar “Zegelsem”. De huidige schrijfwijze vindt men voor het eerst terug in een document van 1698. 

De parochie maakte later deel uit van de baronie van Schorisse.

Het volledig landgoed, geleid vanuit de Singulfi-villa (het latere “Romans hof” en thans "Singulfi hoeve" genoemd), waar destijds tot 13 kanunniken verbleven, en de kerk werden in de loop der eeuwen enkele malen geteisterd door brand en geheel of gedeeltelijk verwoest tengevolge van oorlogsgeweld, o.m. in 881 door de Noormannen.

De huidige kerk, met uitzondering van de toren die dateert uit de 13de eeuw, werd gebouwd op de fundamenten van vroegere bedehuizen. Zij werd gewijd in 1783. Maar ook die kerk leed een paar keer brandschade die telkens werd hersteld.

 

In 1883 en 1983 werd respectievelijk het 100- en het 200-jarige bestaan van de kerk uitgebreid gevierd.

Zegelsem leefde van oudsher van de landbouw, later aangevuld met huiselijke textielarbeid. In de 16de en 17de  eeuw was er de tapijtweverij. Op het einde van de 19de eeuw waren ook velen werkzaam in de weverijen van katoen, wol en gemengde stoffen. Maar ook in de kledij-, handschoen- en klompenmakerijen waren een aantal inwoners tewerkgesteld.

 

 

Zegelsem is echter vooral bekend als geboortedorp van letterkundige-folklorist Isidoor Teirlinck(1851-1934). Zijn zoon Herman(1879-1967), de beroemde schrijver, bracht er dikwijls zijn vakantie door en in zijn streekgebonden roman “Maria Spermalie” herkennen we heel duidelijk het dorp Zegelsem en andere deelgemeenten van het huidige Brakel. (zie ook: http://users.pandora.be/louis.jacobs/Teirlinck.htm)

Door het stopzetten van vele landbouwbedrijfjes kwamen heel wat panden in handen van inwijkelingen uit de rest van het Vlaamse land, die werden aangetrokken door het prachtige en rustige landschap van de streek. En aangezien er weinig mogelijkheid is voor tewerkstelling in de eigen gemeente en ook aan de huisnijverheid een einde kwam, is het merendeel van de bevolking aangewezen op pendelarbeid naar steden als Oudenaarde, Gent en Brussel.